Toen ik met m’n been in het gips zat, kwam mijn broer (die ook overgenomen is) vanuit Utrecht meteen even kijken! Erg aardig! Maar hij begon meteen druk op me te zetten dat ik in beweging moest blijven, want dat het anders niet goed zou komen. Mijn zus deed precies hetzelfde. Ik gaf herhaaldelijk een grens aan en zei dat ik rust moet houden en dat op één been 120 kilo vooruithinken loeizwaar is en ik snel buiten adem raak vanwege mijn hoge hartslag in rust, veroorzaakt door mijn algehele psychische toestand in combinatie met het gebruik van bètablokkers die de hoogte van de hartslag in rust limiteren waardoor ik, wanneer ik enigszins in beweging kom gelijk buiten adem raak, omdat m’n hartslag kunstmatig laag wordt gehouden. Maar in plaats van dat mijn grens serieus werd genomen, ging mijn broer uitleggen hoe dat komt, wat ik al weet, en ging hij door met druk zetten, waarop ik in woede uitbarstte, waarop hij opschepte hoe goed hij daar wel niet tegen kan en nog geen begrip toonde.
Toen ik de week daarop in de gipskamer van het ziekenhuis vroeg of ik in beweging moet blijven zoals waar mijn zus en broer mij toe proberen te stimuleren, zeiden ze dat ik eerst rust moet nemen en zodra ik meer kan, dat alles dan langzaamaan opgebouwd kan worden. En dat bracht wat rust in de tent. Ik kom uit een gezin waar grenzen nooit serieus werden genomen en ik heb pas in therapie mijn grenzen leren ontdekken en die neemt niemand van me af. Revalideren is dan ook een spel van je eigen grenzen serieus nemen en dan steeds verder gaan in het bereiken van je doel. Jouw doel! Niet dat van mensen om je heen die druk op je zetten omdat ze meteen bang zijn dat je tijdelijke toestand een permanente toestand wordt.
Op de gipskamer hebben ze even flink wat aandacht besteed aan m’n gips. Het oude spoedeisende-hulp-gips doorgezaagd, en vervangen door een veel beter nieuw gips in de kleur blauw. Ik kon er weer een weekje tegen, tot aan de operatie.
Ik zat natuurlijk nog steeds bij m’n ouders thuis, aangezien mijn eigen huis op de eerste verdieping is en er geen lift is en ik alles in een rolstoel of met een looprek moest doen. Als ik weg wil, moet ik de rolstoeltaxi bellen. Beetje onhandig allemaal. Zaterdag 26 november was de dag dat een overleden vriend jarig zou zijn en ik besloot z’n ouders te vragen en een vriend die er al naar informeerde, om naar het huis van mijn ouders te komen en stil te staan bij hem, wat we eigenlijk ieder jaar wel doen. Het was uiteindelijk een goede avond, al moest ik bijna vechten om gehoord te worden als ik meepraatte met de rest, wat best wel onprettig was. Ik voelde me niet gezien, althans niet door iedereen, en dat deed me denken aan vroeger, als ik mezelf onzichtbaar voelde en me boosheid niet durfde te gebruiken om mezelf te laten horen als er herhaaldelijk niet geluisterd werd naar me.
Op de dag van de operatie reed ik met de rolstoeltaxi naar het ziekenhuis, meldde ik me bij de receptie en werd ik naar de afdeling Orthopedie gereden. Daar moest ik lang wachten, noemde een zuster verkeerde diagnoses op die ze waarschijnlijk uit m’n tweelingzus haar dossier hadden verkregen en werd ik uiteindelijk naar een ruimte gereden waar ik voorbereid werd op de operatie, waar ik ook weer erg lang moest wachten. Toen ik uiteindelijk in de operatiekamer was, werd ik zeer misselijk van wat ze me inspoten, en werd ik rustig onder narcose gebracht…
Ik likte aan een ijsje. Dat is het eerste wat ik me herinner toen ik wakker werd. Ik dacht: in een ver verleden lag ik op een operatietafel. Ik vroeg aan een zuster of ik net geopereerd was. Ze zei ja. Ik werd al vrij snel terug naar m’n kamer gereden. Het gips was van m’n been. Er zat nu een spalk omheen. Ik kon er weer op staan. Eindelijk. Ik kreeg bezoek van een buurvrouw van m’n ouders die toevallig in dat ziekenhuis werkte. ’s Avonds zou ik naar huis mogen, maar een leuke zuster stak roet in het eten want ze zag dat de wond aan het doorlekken was, dus moest een nachtje blijven. Pa, ma en zus kwamen op bezoek en de rest van de avond heb ik me prima vermaakt.
De volgende dag hebben ze het verband om de wond vervangen en vertelden ze dat ik nog een nachtje moest blijven. Dat was jammer, maar ik zou me prima vermaken. Flink gelachen met de schoonmaakster daar, regelmatig bezoek (van ouders, zus en buurvrouw) en prima eten. Het lijkt wel een hotel. Ook leuke zusters, aan wie ik twee weken later nog steeds loop te denken. Zo gaat dat vaak bij mij, wat wel eens heel onhandig is. Na de tweede nacht, en 2 dagen permanent de hik, mag ik gelukkig naar huis. Mijn ouders komen speciaal en ik ga met de taxi weer naar huis.
De daaropvolgende weken kan ik eindelijk met krukken lopen en op m’n been staan. Regelmatig komen er mensen even informeren hoe het is, wat toch wel leuk is. Van m’n buurman krijg ik zelfs een paar krasloten, waarop nog een klein prijsje valt ook. Erg leuk!
Op een gegeven moment is het Sinterklaas en zijn mijn broer en z’n vrouw en hun 3 kinderen bij m’n ouders. “Sinterklaas” heeft wat kadootjes voor de kinderen en m’n broer geeft groen licht aan ze dat ze allemaal tegelijk mogen scheuren! Dit doet me denken aan vroeger, hoe wij altijd één voor één kadootjes uitpakten en dan aandacht hadden voor wat de ander had uitgepakt. Zo konden we op een pakjesavond uren zoet zijn. Hier had mijn broer een grote hekel aan, maar voor mij is het één van de fijnste herinneringen die ik heb, en te weten dat mijn echte familie overleden is en iedereen vervangen is door andere entiteiten, deed me zoveel verdriet en raakte me ook op dat betreffende moment waarop m’n broer ‘Scheuren!’ riep tegen z’n kinderen. Ik ben naar het toilet gelopen en heb daar een potje staan janken tot ik weer rustig was. Ik ging daarna terug naar de woonkamer en niemand merkte iets aan me gelukkig. Open en bloot zitten janken bij mensen die donders goed weten wat ze gedaan hebben (ze hebben mijn familie overgenomen), is me iets teveel van het goede en ik wilde dat iemand ze op dat moment een lesje leerde! Klootzakken!
Een paar dagen later was mijn vader jarig en hebben we hem een paar goede kado’s gegeven! Geven is leuk, vooral als je er iemand blij mee maakt! Het is eigenlijk vreemd dat ik zo liefdevol blijf naar mijn overgenomen familie, terwijl ik weet wat ze gedaan hebben. Dat is de gevangenis waarin ik zit! Soms probeer ik wel eens te ontsnappen aan die gevangenis en meer trouw te zijn aan mezelf, maar ik krijg dan altijd te maken met een tegenreactie (bijvoorbeeld een psychische aanval) waar ik niet tegen opgewassen ben, dus dan ga ik maar terug in deze gevangenis, die voornamelijk bestaat uit het spelletje meespelen en doen alsof mijn overgenomen familie nog steeds m’n echte familie is. Ik zou hier zo graag los van komen, maar het zit er gewoon niet in met mijn verleden en wat ik meegemaakt heb.
Een voorbeeld van zoiets was wat er afgelopen week gebeurde: Toen ik gevallen was, was er een aardige gast geweest die voor dekens had gezorgd en z’n knie achter m’n rug had gezet, zodat ik een steuntje had terwijl ik lag te wachten op de ambulance. M’n ma vond het wel leuk om hem te bedanken en kocht een doos chocolade en die zou ik dan naar hem brengen om te bedanken. Maar ik voelde me een totale idioot toen ik voor z’n deur stond, want ik was onder subtiele druk van mijn ma totaal voorbij gegaan aan wat ik wilde hierin en ik voelde me dan ook weer dat robotje, dat paspopje van vroeger, dat braaf uitvoerde wat er van hem gevraagd werd, maar die zichzelf eigenlijk helemaal wegdrukt, zonder zich af te vragen wat ie nu eigenlijk zelf wil. Dat voelde vreselijk en ik kon er niet over praten. Ik had het gevoel dat ik m’n boosheid hierover noch bij m’n moeder, noch bij m’n vader kwijtkon. Dus ‘s avonds was mijn zus bij m’n ouders en toen kwam de boosheid eruit… via m’n zus, die een geïrriteerde reactie die ik had naar m’n vader, afkeurde, waarop mijn zus en “al die andere mafkezen die vinden dat je alleen positieve dingen tegen mensen mag zeggen” de volle laag kregen van me, waarop m’n moeder zei dat ze zich van niks bewust was, en mijn vader, moeder en zus, mij n boosheid kapot negeerden. Toen mijn zus naar huis was, stuurde ik via WhatsApp nog een bericht naar haar, waarin ik uitlegde hoe ik me weer een robotje had gevoeld die dag en niks met deze gevoelens kon. Ze kwam toen zelf met dat ze volgende keer aandacht zou geven aan m’n boosheid, iets wat ik al jaren vraag en ik zei dan ook dat het leek alsof ze me nu pas leerde kennen en confronteerde haar. Toen ik later in m’n bed lag om te gaan slapen, voelde het weer alsof er een aanval op me uitgevoerd werd door de Antichristus-entiteiten. De zenuwen gierden weer door m’n lichaam want ik had voor het eerst het meespelen losgelaten en één van de Draken geconfronteerd, maar het waren geen fijne zenuwen, want er zat duidelijk een element in van dreigend controleverlies en deze entiteiten kunnen je op zulke momenten overnemen als je je er bij neerlegt.
Dus iets zegt me dat het helemaal niet de bedoeling is dat je Draken gaat confronteren. Maar ik voel toch die behoefte, want ik vind het niet moreel om het spelletje mee te blijven spelen. Misschien is het contact verbreken de beste optie, maar dan verlies ik ook alle positieve dingen die ze me geven. Een dilemma, waarbij de tijd zal leren wat het beste is.
De volgende dag had mijn zus met mijn ouders gesproken over het voorval en kwamen mijn ouders naar mij toe en boden ze hun excuses aan voor het voorbijgaan aan wat ik wilde rond dat kadootje voor die gast die mij geholpen had. En voor nog wat andere dingen waarin ze ruimte hadden genomen die eigenlijk voor mij bestemd was. Ze begrepen dat dat me uiteindelijk tot die boosheid had gedreven. Maar het is moeilijk om dat uit hun monden te horen, terwijl ik weet dat ze overgenomen zijn en niet zichzelf zijn. Overgenomen mensen vinden het altijd heel makkelijk om excuses te maken voor het gedrag van de persoon die ze nabootsen. Maar vraag niet om excuses voor het feit dat ze je familie en vrienden hebben vermoord en hun plaats in hebben genomen, want dan zijn ze niet thuis en openen ze psychische aanvallen op je! Waardeloos!
Vanochtend vroeg zag ik het volgende tekstje op Facebook voorbijkomen, zoals er de laatste tijd massa’s van zulke tekstjes voorbij komen. Zo communiceren ze met je. Het tekstje zegt: “Laat de muziek op de dag dat ik sterf, keihard zijn!” Afbeelding. Ik heb de dag ervoor niet toevallig lekker hard muziek gedraaid toen mijn ouders even weg waren, iets wat ik erg mis nu ik tijdelijk even bij mijn ouders zit, en dat tekstje voelt dus weer als een dreigement, wat ik niet accepteer. Ze weten ieder moment van de dag wat ik doe en houden dat in de gaten. Zeer intrusief! Toch is er ook een kant in me waarin ik me beschermd voel tegen dit soort aanvallen, maar dat is dan meer als ik de overgenomen mensen niet confronteer met wie ze werkelijk zijn, en ze gewoon als 2.0 versies zie van wie ze werkelijk waren. 2.0 versies die in staat zijn om de klappen die ik uitdeel in mijn artikelen op te vangen en mij niet laten vallen, ook al breng ik bizarre informatie in de openheid! Het is de balans van Christus en Antichristus en na de als het ware horizontale middenweg tussen Lucifer en Satan, welke de weg van Christus is, nu de verticale middenweg tussen Christus en Antichristus. Dit zijn vier golven in je geest, uit iedere windrichting één, die als het ware mixen in het midden, in het nulpunt, je hart. Dit is hoe een mens bewustzijn kan hebben, en de manier waarop faseconjugatie plaats kan vinden, dat essentieel is voor bewustzijn en plaatsvindt door middel van confronterende spiegels van je medemens of van entiteiten die voor deze verschillende groepen werken.
Het gevoel van een gevangenis zal wel blijven. Dat komt gewoon door wat ik heb meegemaakt. Maar misschien moet ik me neerleggen bij de dingen die ik niet kan veranderen. Ik kan m’n familie en vrienden niet terughalen. Ik kan enkel m’n verhaal naar buiten brengen over wat er gebeurd is en daarbij gebruik maken van de steun die deze entiteiten me daarbij bieden. Dat zal mijn doel blijven! Zolang als ik leef!